Leestip: The Undercover Economist
Oprah Winfrey heeft in haar programma een boekenhoekje. In ‘Oprah’s Book Club’ worden boeken niet alleen aangeprezen omdat de schrijver een celebrity is die een verhaaltje te verkopen heeft, maar omdat Oprah er kennelijk brood in zag en dat met de mensheid wil delen. Ze kiest ook wel eens klassiekers en die worden dan een poosje later besproken met de hele zaal. Een nationale leesclub, zeg maar.
Je kunt er om lachen, maar of het nu linksom of rechtsom is: een land wordt er nooit slechter van als de mensen wat meer gaan lezen (tenzij het de Bijbel of de Koran is).
In The Colbert Report met Stephen Colbert worden ook veel boeken besproken maar dan gaat het meestal om politieke memoires (zoals die van de voormalige woordvoerder van Bush, Scott McLellan, die vertelde over alle leugens die hij heeft moeten verdoezelen) of boeken die inhaken op de actualiteit. Enfin, zo kwam ik op het idee om het boek ‘The Undercover Economist’ van Tim Harford eens te lezen. Ik leg het maar even uit omdat ik weliswaar niet te boek sta als zwakbegaafd maar ook niet echt als iemand die voor de lol eens een boek over economie ter hand neemt. Dat HBO-diploma zit al sinds 1998 in the pocket, nietwaar?
Het is een prima boek en ik kan het van harte aanbevelen, mits je Engels spreekt. Harford is de ideale economie-docent, die alles terugbrengt naar menselijke proporties en me zo met dat ene boek meer over economie heeft bijgebracht dan ik in vijf jaar op het Haarlemmermeerlyceum heb meegekregen.
Zo legt hij uit waarom het zo lastig is een fatsoenlijke tweedehands auto te vinden, althans voor een goede prijs. Dat komt omdat de autohandel geen ‘perfecte markt’ is, waarbij iedereen alles van de aangeboden handelswaar weet. Een tweedehands auto kan goed of slecht zijn, maar de koper weet dat vantevoren niet. De verkoper wel, maar aangezien die de slechte auto’s ook kwijt moet en het nogal op zou vallen als die goedkoper waren, merkt de koper dat niet aan de prijs. De oliemarkt is daarentegen wél (vrijwel) perfect, iets wat je ook niet echt waardeert op het moment dat je tank vol moet.
Harford wist me zelfs warm te krijgen voor het vervloekte ‘rekeningrijden’, waar Nederland over niet al te lange tijd ook aan zal moeten geloven. Als automobilist gruwel ik daar natuurlijk van, want het leven is al duur genoeg. Harford legt echter eerst uit hoe het systeem van rekeningrijden op kleinere schaal, namelijk in het centrum van Londen (de ‘congestion charge’) geweldig heeft gewerkt. Allicht, denk je dan: alles wat duur wordt, gaan mensen minder gebruiken. Maar wat Harford met name glashelder maakt is dat mensen altijd rationele beslissingen nemen en pas creatief worden als dat gaat lonen. Een van de beste manieren om uit te vogelen wat mensen belangrijk vinden is nu eenmaal om er een prijskaartje aan te hangen. Dan wordt opeens helder hoeveel mensen écht niet zonder auto kunnen of te ver van het dichtstbijzijnde metrostation wonen of werken. Dat levert weer informatie waarmee de overheid betere beslissingen kan nemen over het openbaar vervoer. Die gegevens waren nooit via een enquête naar voren gekomen, want pas als mensen een beslissing daadwerkelijk moeten nemen, spreken (of ontdekken) ze de waarheid. Het mechanisme daarvoor het verplaatsen van het belang van de groep naar het individu en dat doe je met prijskaartjes. Een belang voor anderen, zoals schone lucht in de binnenstad, wordt opeens vervangen wordt door een belang voor jezelf: de goedkoopste manier om naar je werk te komen, afgezet tegen het gemak dat je hebt als je meer wilt betalen.
De voorbeelden in zijn boek lopen uiteen van de prijzen in Starbucks en andere koffieketens, die perfect weten hoe ze uit de zak van elke klant het maximale bedrag kunnen kloppen tot de gezondheidszorg in Amerika en Engeland. Hij koppelt zijn liefde voor Belgisch bier aan de reden dat ‘fair price’-programma’s voor Afrikaanse koffieboeren amper werken zolang er nog handelsbarriéres zijn en haalt ook meteen je schuldgevoel weg als je weer eens een MP3-speler koopt waarvan vrijwel 100% zeker is dat die in elkaar werd gezet door een Chinees die twaalf uur per dag aan de lopende band staat.
Over China gesproken: de opkomst van de Chinese economie, waar steeds meer aan de vrije markt werd overgelaten en er dus steeds slimmere beslissingen werden genomen lijkt taaie kost, maar Harford maakt het simpel en gooit je ook niet dood met statistieken en grafieken.
Blijft de vraag waarom je in je vakantie je kostbare tijd zou spenderen aan een bok over economie in plaats van een fijne thriller. Nou, ook dat is een economische afweging: de thriller lijkt je leuker en je mist informatie over het rendement van zo’n economisch verhaal. Ik heb de boekenmarkt zojuist wat transparanter gemaakt door je te vertellen dat je op een leuke manier je blik op het Journaal, het boodschappen doen, je koffie en het rondneuzen op de autoboulevard kunt veranderen. Hoe meer je weet, hoe beter je beslissingen uit zullen pakken.
Het boek is onder andere te koop op Amazon.com en als je mijn link gebruikt heb ik er ook nog wat aan. Voor pakweg 10 dollar heb je het al in huis. Noem mij maar Oprah.
Tags: boekbespreking, boekentip, economie, globalisering, handelsbarriéres, linkedin, rekeningrijden
Zoekt u iets?
-
Recent spul
Diverse ongein
- Articles in English (6)
- Blog (102)
- Brein van Martijn (25)
- Boeken (1)
- Columns (35)
- Computers en Internet (7)
- Filmbesprekingen (25)
- Leaf (5)
- Podcasting (71)
En vergeet niet:
Disclaimer
Deze site is leuk, noch belangrijk. Denk vooral niet dat ik denk dat u denkt dat ik zo belangrijk ben dat deze site een bijdrage levert aan de kwaliteit van het Internet in zijn algemeenheid. Dag mam.
Oh ja, mijn privacybeleid. Bedankt, EU!