Sommige acteurs kunnen maar één karakter spelen. Denk maar aan Michael
J. Fox. Anderen kunnen er twee spelen, zoals Rowan Atkinson (Mr. Bean
en Blackadder - de rest zijn varianten op dat thema of combinaties). En
dan heb je nog acteurs die kunnen spelen wat ze willen, zoals bijvoorbeeld
Dustin Hoffman.
Mij maakt het niet uit in welke categorie een acteur valt, zolang de juiste
persoon maar de juiste rol speelt. Daarom ga ik niet zeuren dat Jim Carrey
weer met twee overbekende types (in feite een mix tussen Truman en The
Cable Guy) voor de dag komt in zijn nieuwe film Me, Myself & Irene hoewel
hij, getuige onder meer zijn rol in Man On The Moon, tot veel meer in
staat is.
Fijn he, dat ik niet ga zeuren? Zo schiet het lekker op. Verder nog wat
te vertellen, Warnas? Nou eh... vrij weinig. Een stukje synopsis misschien:
Charlie Bailygates is een politieagent die niet van conflicten houdt.
Zelfs als zijn vrouw vreemdgaat en hem achterlaat met drie kinderen die,
gezien de kleur, duidelijk niet van hem zijn maar van de man (of liever
gezegd het mannetje) met wie ze hem bedriegt blijft Charlie uiterlijk
kalm. Hij voedt de drie jongens op alsof het zijn eigen zoons zijn en
laat zich door de hele wereld in de zeik nemen.
Dat kan niet lang goed gaan en uiteindelijk zoekt zijn gekwelde geest
een uitweg door een acuut geval van gespleten persoonlijkheid: af en toe
wordt Charlie Hank, een op vechten beluste lompe hork. Hank kent Charlie
wel, maar andersom weet Charlie nooit wat Hank uitspookt en dat is heel
wat: kinderen in elkaar slaan, exhibitionisme en vooral veel vechten.
Ik wil niet teveel verklappen, da's zonde. (Waarom geef je dan niet
gewoon een cijfer en laat je die mensen verder met rust? - Ed.)
Kortom, de ideale kapstok voor heel veel botte grappen. Ik heb een aanzienlijk
deel van de film tussen mijn vingers door gezien. De grappen zijn cru.
Ranzig. Schokkend. Smakeloos. Infantiel. Om je te bescheuren, dus. De
film heeft verder net zoveel diepgang als een platbodem in een droogdok.
Da's nog een pluspunt, wat mij betreft.
Jammer van René Zellwegger, maar ze huilt nu in elk geval een stuk minder.
Daar werd ik altijd zo ziek van... alsof ze het enige mooielachendepruillipje
in Hollywood is, de laatste tijd. Maar ja, je kunt niet alles hebben.
Misschien moet ik nog wat zeggen over het onderwerp schizofrenie. Verschillende Amerikaanse belangengroepen hebben geklaagd over de luchtige manier waarop in deze film met die ziekte wordt omgegaan. Of misschien was het maar één belangengroep met verschillende afdelingen, dat zou in het kader van de ziekte wel grappig zijn. Hier zit een grap in, maar ik weet niet welke. (Kennelijk heeft de luie Martijn nu de overhand - Ed.) Wordt u ook altijd zo moe van dat politiek-correcte gezeur? Wat kunnen mij schizofrenen schelen? Niks. Net als de honger in Afrika, op dit moment. Weet u wat een grappige ziekte is, om te noemen? Terminale winderigheid. Ik kan het niet eens opschrijven zonder te grinniken. Er zal wel een belangengroep voor zijn maar zolang ze niet persoonlijk langskomen (of in elk geval bij de voordeur blijven staan) blijf ik lachen hoor. En hetzelfde geldt voor schizofrenie. Als iemand ruzie maakt met zichzelf is-ie gewoon zo gek als een beschuitje. Now that's entertainment! (Ik moet opeens aan je Furby column denken... - Ed.)
Score: 7,9/10
Martijn Warnas